Naast ons huis staat een appartementencomplex. Veel last hebben we daar niet van, want ze zitten zelden vol. Gelukkig voor ons, maar jammer voor de eigenaar. Ondanks dat het gebouw zo dicht op ons huis staat (er zit nog geen twee meter tussen) kunnen we gesprekken van gasten op het dakterras of het balkon alleen letterlijk volgen als zij heel hard praten.
Ongeveer een jaar geleden logeerde er een Nederlands gezin met drie vrij drukke kinderen, en een Amerikaans echtpaar. Heel erg rustig was het dus op dat moment niet. Ik zal niet beweren dat we echt last van ze hadden, maar we hóórden ze wel. Voortdurend. Vooral de Amerikaans vrouw, die haar best deed alle karikaturen waar te maken. Ze was zeer aanwezig en had een keiharde, snerpende stem. Haar man hoorde je zelden. Die kwam er gewoon niet tussen.In die periode hadden wij het niet helemaal meer naar ons zin op het eiland (zachtjes uitgedrukt). We zaten nog in de naweeën van de pandemie, die onze plannen om Kerst in Nederland te vieren in het water had gegooid. En toen we probeerden toch iets van de feestdagen te maken, besloot een niersteen in echtgenoots lichaam dat Kerstavond een goed moment was om de reis naar buiten te beginnen. Die reis duurde twee dagen, dus feestelijk was het niet echt. We hadden dat net een beetje verwerkt toen echtgenoot zakelijk met wat complicaties te maken kregen die een hoop stress en werk veroorzaakten. En omdat we sowieso een beetje tobden met onze gezondheid (wie niet in die tijd?) gingen de verbouwingen aan ons huis ook niet zo soepel als we gehoopt hadden.
De Amerikaanse vrouw was heel Amerikaans spontaan en amicaal bevriend geraakt met het Nederlandse gezin en begon elke dag met een vrolijk en luidruchtig praatje. De moeder deed haar best om beleefd te blijven en vroeg dus ook steevast: "How are you?"
Die ochtend zaten wij, voor de zoveelste keer, te bedenken of en wanneer we naar Nederland konden gaan. Het kon nog niet, was de conclusie. En we konden ook nog niets plannen. Echtgenoot moest eerst een paar dingen regelen op Curaçao en daarvoor moesten we wachten op andere mensen die eerst dingen moesten regelen (ja, ik weet het; lekker vaag, maar het doet er ook niet echt toe wat er precies speelde). We wisten allebei dat het nu eenmaal niet anders was, maar echt vrolijk werden we er niet van.
En toen, precies toen wij er even helemaal doorheen zaten, riep de Amerikaanse dame: "I'm great! You know, it's another day in paradise!"
We trokken eerst allebei een cynisch gezicht. Ik rolde met mijn ogen en echtgenoot schudde spottend zijn hoofd. Overdreven Amerikaans sentimenteel gedoe. Fijn voor haar, maar voor ons was het leven echt zo geweldig niet. Maar toen klikte er ineens iets op z'n plaats. We keken om ons heen, naar de strakblauwe lucht en de felblauwe zee. We zagen de palmboom die we zelf opgekweekt hebben, en de vogeltjes die van de suiker die we voor hen klaarzetten kwamen snoepen. We voelden de warmte van de ochtendzon en de koelte van de wind. We realiseerden ons dat we een groot huis hadden, op een enorm stuk grond, met een prachtig uitzicht, op loopafstand van een strand, met een eigen zwembad en een heerlijk overdekt terras.
"Er zit toch wel iets in," wilde ik, voorzichtig, opperen, maar echtgenoot zei precies op datzelfde moment: "Ze heeft gewoon gelijk."
Een maand later vonden we in een souvenirwinkeltje een houten bordje met precies die tekst erop en dat hangt op een plek waar we het dagelijks zien. Want die vrouw had absoluut gelijk.
Natuurlijk is het voor ons anders dan voor iemand die een weekje op vakantie is. Wij wonen hier en dat houdt in dat je hard moet werken, ziek wordt, zorgen hebt, en af en toe gewoon helemaal klaar bent met de situatie. Maar we hebben er niet voor niets voor gekozen om hier te gaan wonen. En hoewel het ons ook echt niet allemaal is komen aanwaaien, weten we dat dit niet voor iedereen is weggelegd.
En dus zeggen we het nu iedere ochtend tegen elkaar: “It's another day in paradise.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Wat leuk dat je wilt reageren!
Ik lees alle reacties en meestal antwoord ik ook, al kan dat soms een paar dagen duren.